eTwinning School Label
OBS Jan Harmenshof heeft dit jaar het eTwinning School Label ontvangen. RT-leerkracht en eTwinning-ambassadeur Edith Veldhorst vertelt hoe het ooit begon en wat het contact met buitenlandse scholen betekent.
Page content
‘Kinderen leren dat het in andere landen anders is dan bij ons’
Europese samenwerking is niet meer weg te denken uit de basisschool in Geldermalsen. Met vele internationale projecten maken ze optimaal gebruik van de mogelijkheden. Edith Veldhorst heeft mooie herinneringen aan de verschillende projecten en ziet welke impact de internationale contacten hebben op leerlingen en leerkrachten.
Het eerste eTwinning-project waar ze zich bij aansloten en actief aan deelnamen, was “Postcards of Our Home Towns”. Edith: “Hierbij hebben leerlingen ansichtkaarten naar elkaar gestuurd. Om de kosten te beperken, hebben we de kaarten zelf gemaakt. Dat was tegelijk een leuke groepsactiviteit.” De leerlingen moesten foto’s maken van hun omgeving, zoals het station, de kerk en de school. Op de achterkant schreven ze in het Engels iets over Geldermalsen en omgeving.
Al met al was het een vrij eenvoudig project om verschillende woonomgevingen te ontdekken. De leerlingen vonden het prachtig dat ze allemaal kaarten terug kregen uit landen als Polen, Frankrijk en Duitsland. “We hebben op de landkaart gekeken waar de kaarten vandaan kwamen en informatie gezocht van de verschillende plaatsen”, vertelt Edith. “Ik heb daarvoor een vloerpuzzel van Europa gebruikt en we hebben vlaggetjes gezet op de diverse plaatsen. Bij iedere nieuwe envelop was het spannend wat erin zou zitten.”
‘Leerlingen merken dat het niet eng is om met kinderen in het buitenland te praten’
Pippi Langkous
Bij een e-Twinning conferentie in Frankrijk leerde Edith de Poolse Edyta Karwowska kennen. Samen hebben ze een project opgezet rond de 75ste verjaardag van Pippi Langkous. “De uitspraak van Pippi is passend voor mijn avontuur met eTwinning: Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan.” Daarna volgde een Lego masters challenge, met maandelijkse bouwwerken. “Uiteindelijk hebben wij de hoogste toren gemaakt”, zegt Edith. “Met een live verbinding hebben we elkaar de resultaten laten zien. Het was heel leuk om via het scherm een kijkje te krijgen in een buitenlands schoollokaal.”
Vorig schooljaar startte in vijf groepen het project “All along the river”, met een school uit België. “Dit project gaat over water en het loopt nog steeds”, vertelt Edith. “Dit jaar zijn we in het project een challenge begonnen: “You found a Lucky Duck”. Per groep laten we drie badeendjes “reizen” om foto’s terug te krijgen van de vindplaats. Het is de bedoeling dat de vinder het eendje weer verder laat reizen. Zo volgen we de eendjes op hun reis.”
Edith en haar collega’s proberen altijd iets tastbaars te bedenken in de projecten. “Wat dat is, hangt er ook van af welke groepen meedoen. In het basisonderwijs moet je als leerkracht vaak meer doen dan de leerlingen. Zij posten bijvoorbeeld nog niets zelf, maar dat gaan we in de toekomst misschien wel doen met de bovenbouwgroepen.”
‘Door de projecten is mijn Engels vooruitgegaan en ik voel mij vrijer in buitenlandse contacten’
Cultuurverschillen
Leerlingen zijn erg enthousiast over de internationale projecten op de school. Edith: “Het is goed voor burgerschapsonderwijs omdat leerlingen zien hoe het eraan toe gaat in andere landen. Hoe leven en werken de mensen daar? Met eTwinning leren kinderen dat het in andere landen anders is dan bij ons. Ze ervaren cultuurverschillen en leren communiceren in het Engels. Daarnaast merken ze dat het niet eng is om met kinderen in het buitenland te praten. Ook voor leerkrachten is het interessant om te zien hoe het is op scholen in het buitenland.”
Edith is inmiddels vier jaar met pensioen, maar werkt op school nog als RT-leerkracht en is kartrekker van eTwinning. Ze heeft er geen moment spijt van gehad dat ze ooit de stap heeft genomen om ermee te beginnen. “Door alle projecten is mijn Engels vooruitgegaan en ik voel mij veel vrijer met contacten in het buitenland. Als ambassadeur promoot ik eTwinning waar ik kan. Zo heb ik op vakantie bij een bezoek aan een school in Spanje verteld over eTwinning.”
Ze geeft als belangrijkste advies dat je gewoon moet beginnen, eenvoudig. “Als je er niet uitkomt, kun je altijd hulp vragen bij Nuffic. Meld je vooral ook aan bij een bestaand project. Je gaat er makkelijker in mee als je kunt aansluiten bij anderen. Uiteindelijk leer je van en met elkaar.”
Over het eTwinning School Label
Een eTwinning-project start in eerste instantie op leerkrachtniveau: een leerkracht in Nederland kan een project starten met leerkrachten in het buitenland. Vaak gaat het daarna via collega-leerkrachten verder. Na afronding van een project zijn allerlei vormen van erkenning mogelijk. Denk aan kwaliteitslabels, prijzen en de hoogste gradatie: het eTwinning School Label. OBS Jan Harmenshof is een van de twee scholen in Nederland die het label heeft ontvangen.
Tips van Edith
- Volg een webinar over e-Twinning bij Nuffic.
- Start eenvoudig en sluit je aan bij een bestaand project.
- Vraag hulp als je er niet uitkomt.